Je mag geen plagiaat plegen. Je kopieert niet zomaar iets van internet. Tot zover is het auteursrecht voor de meeste schrijvers wel duidelijk. Maar wil je je netjes aan de wet houden, dan zit je misschien toch nog met vragen. Waar ligt de grens tussen wat wel en niet mag? Hoeveel mag je citeren uit het werk van een ander? Levert het problemen op als je een tabel of model overneemt? Wat doe je als je niet alle bronnen weet te achterhalen? We staken ons licht op bij Sander Verbeek, specialist intellectueel eigendom bij het Amsterdamse advocatenkantoor Good Law B.V. Het resultaat: vijftien antwoorden om jou als (zakelijke) non-fictieschrijver verder te helpen.
Geen exacte wetenschap
Voordat we de vragen en antwoorden presenteren, eerst een kanttekening. De auteurswet is multi-interpretabel, wat betekent dat dezelfde feiten een compleet andere uitspraak kunnen opleveren. “Dat maakt het lastig”, stelt Verbeek. Uit zijn eigen ervaringen met het auteursrecht weet hij: de wet is geen exacte wetenschap, geen kwestie van ‘één plus één is twee’. Zijn er problemen of kom je er niet uit met de tegenpartij, dan is een gang naar de rechter een optie. Gelukkig valt het aantal procedures rond auteursrecht mee. Verbeek: “Discussies over boeken en citaten zijn er wel, maar niet zozeer bij de rechter. Dat is kostbaar en vaak (financieel) de moeite niet waard.”
Met de volgende vijftien vragen en antwoorden hopen we wat meer duidelijkheid te scheppen voor de (zakelijke) non-fictieschrijver.
- Wat zijn de algemene regels rond citeren?
- Hoeveel tekst mag ik citeren uit het werk van een ander?
- Mag ik foto’s of andere afbeeldingen overnemen?
- Ik wil de theorie uit een (wetenschappelijk) artikel gebruiken in mijn boek. Mag dat?
- Auteur X presenteert zijn theorie aan de hand van vijf vragen. Ik wil zijn theorie in mijn boek beschrijven. Neem ik de vragen letterlijk over, of juist niet?
- Ik heb mijn best gedaan om alles rondom het auteursrecht goed te regelen. Toch ben ik niet 100% zeker van mijn zaak. Wat nu?
- In mijn boek presenteer ik een stappenmethode. Elke stap is gebaseerd op het gedachtegoed van één specifieke wetenschapper. Is dat oké?
- Ik wil een bundel samenstellen met als thema ‘vijftig wetenschappers over onderwerp X’, zonder daar echt een eigen visie aan te koppelen. Mag dat?
- Mag ik een model van iemand anders overnemen?
- Waar in het boek vermeld ik het best de bronnen? In de tekst zelf, in de literatuurlijst of nog ergens anders?
- Is een opsomming auteursrechtelijk beschermd?
- Mag ik in de titel van mijn boek de theorie van een ander verwerken?
- Kan ik mijn boektitel auteursrechtelijk beschermen?
- Ik ben bang dat een uitgever aan de haal gaat met mijn tekst.
- Hoe voorkom ik dat ik een claim aan mijn broek krijg?
1. Wat zijn de algemene regels rond citeren?
Belangrijk is dat je de bron vermeldt. Tekst van een ander gebruiken in je boek mag alleen als er een functionele band is met het geciteerde werk. Het citaat moet bovendien uit een werk komen dat openbaar gemaakt is. Een bladzijde publiceren uit het dagboek van de buurvrouw of uit de notulen van een zakelijke vergadering mag dus niet, tenzij je daar toestemming voor hebt. Tot slot moet het citaat ook geoorloofd zijn. Op dit punt gaat het bijvoorbeeld mis als je een boek zou schrijven waarin je Hitler verheerlijkt en daar teksten van anderen in opneemt. Dikke kans dat de oorspronkelijke auteurs niet op die manier aan de man gelinkt willen worden. ‘In het maatschappelijk verkeer redelijkerwijs niet geoorloofd’ heet dat dan.
Wat mag wel?
- Functioneel citeren met een duidelijke bronvermelding.
Wat mag niet?
- Tekst gebruiken zonder dat er een functionele band is met het geciteerde werk.
- Tekst overnemen als het een puur commercieel doel dient (bijvoorbeeld je boek verheerlijken).
- Tekst gebruiken uit een werk dat niet openbaar gemaakt is.
2. Hoeveel tekst mag ik citeren uit het werk van een ander?
Hoeveel tekst je mag overnemen is niet uit te drukken in een woordenaantal. Het gaat vooral om de verhouding tussen eigen en andermans werk. Citeer je in een boek van vijfhonderd pagina’s vijfhonderd woorden uit de bestseller van een collega-auteur (uiteraard met bronvermelding), dan is dat prima. Toch kan in uitzonderlijke gevallen het citeren van één zin al te veel zijn. Verbeek: “Een voorbeeld is ‘Hoe sterk is de eenzame fietser’. Deze quote van liedjeszanger Boudewijn de Groot werd in een procedure auteursrechtelijk beschermd verklaard. Dit vanwege de creativiteit en het persoonlijke stempel dat erachter zit.” Ook het gebruik van de wereldberoemde quote ‘To be or not to be, that’s the question’ zou in beginsel problemen kunnen opleveren (ware het niet dat het hier gaat om een versregel uit William Shakespeares Hamlet, geschreven omstreeks 1600, waarop geen auteursrecht meer rust).*
Wat mag wel?
- Een kleine hoeveelheid tekst functioneel citeren (kort citeren) binnen een grote hoeveelheid tekst van jezelf, op voorwaarde dat je daarbij de bron en de naam van de schrijver vermeldt en het werk waaruit je citeert openbaar is gemaakt.
Wat mag niet?
- Meer citeren dan nodig is om je punt te maken. Een citaat moet namelijk inhoudelijk relevant zijn. Wil je dit testen? Laat het citaat weg en kijk of je verhaal overeind blijft.
- Tekst overnemen zonder daar een mening of visie van jezelf aan te koppelen.
* De beschermingsduur van het auteursrecht loopt tot zeventig jaar na de dood van de maker van het werk, dan wel – in het geval van een rechtspersoon – tot zeventig jaar na de eerste openbaarmaking (tenzij de natuurlijke persoon die het werk heeft gemaakt bij het werk wordt genoemd).
3. Mag ik foto’s of andere afbeeldingen overnemen?
Het citaatrecht is niet alleen van toepassing op teksten, maar ook op visueel werk. Ook voor foto’s en afbeeldingen geldt dus dat er een logisch verband moet zijn tussen jouw boek en het werk waaruit je – met bronvermelding uiteraard – citeert. Het citaat moet inhoudelijk relevant zijn. Een foto zonder toestemming als versiering gebruiken bijvoorbeeld mag niet.
Wat mag wel?
- Een inhoudelijk relevante afbeelding opnemen (in een proportioneel formaat) van iets wat je in je boek bespreekt of beoordeelt.
Wat mag niet?
- Zonder toestemming een plaatje overnemen om je boek mee te versieren.
4. Ik wil de theorie uit een (wetenschappelijk) artikel gebruiken in mijn boek. Mag dat?
Vermeld je de bron en schrijf je de theorie uit het artikel in eigen woorden op, dan is er in principe geen probleem. Als auteur mag je putten uit werken (boeken en theorieën) van anderen, je daardoor laten inspireren, zolang je maar je eigen verhaal of theorie vertelt. In het geval dat je de theorieën of de uitwerking daarvan van een ander min of meer overneemt en die ook nog eens op een vergelijkbare manier verkondigt, dan loop je het risico dat de bedenker ervan zegt dat jouw concrete uitvoering te dicht bij zijn werk ligt. Dat kan een inbreuk op het auteursrecht inhouden. Ideeën zelf zijn wél vrij, daar mag je mee doen wat je wilt. Alleen de concrete uitwerking ervan is beschermd, dus daar moet je op letten. Het gaat om: hoe zet je iets neer en in welke mate neem jij bestaande tekst over? Put je rijkelijk uit het werk van een ander, dan kom je al snel in grijs gebied.
Wil je onderzoeksgegevens uit een wetenschappelijk artikel overnemen? Je mag ze citeren, zolang je dat functioneel doet en de bron vermeldt. Ook deze gegevens mag je gebruiken om op verder te bouwen. Schrijf gerust in je boek “Onderzoek van X wees Y uit – en dit vind ik daarvan.” Verbeek: “Hoewel het in de praktijk zelden problemen geeft, is dit laatste belangrijk: dat je er zelf iets mee doet, dat je aan het werk iets eigens toevoegt. Het werk moet een eigen intellectuele schepping van de maker zijn. Het moet een eigen oorspronkelijk karakter hebben en het persoonlijk stempel van de maker dragen.”
Wat mag wel?
- Een idee (van een ander) in eigen woorden opschrijven.
- Verschillende bronnen combineren tot je eigen theorie.
- Onderzoeksgegevens functioneel citeren.
Wat mag niet?
- Qua feitelijke uitvoering (vorm) te dicht bij het werk van een ander blijven.
5. Auteur X presenteert zijn theorie aan de hand van vijf vragen. Ik wil zijn theorie in mijn boek beschrijven. Neem ik de vragen letterlijk over, of juist niet?
Het idee is dat je recht moet doen aan het oorspronkelijke werk. Verbeek adviseert om in een geval als dit de volgorde van de vragen om te gooien en de vragen anders te formuleren. Dit speelt bijvoorbeeld bij boeken waarin lesmaterialen zijn verwerkt. Daarvan wordt gezegd: daar is over nagedacht en daar zit een verdienconstructie achter. De tekst zoals die is opgeschreven, is dan ook een auteursrechtelijk beschermd werk. Aan de andere kant kun je zeggen: er zijn veel wegen die naar Rome leiden, dit is iets wat meer mensen hebben bedacht, zo origineel is het niet. Is er dan sprake van inbreuk? Ja en nee. Het is afhankelijk van hoe banaal de vragen zijn. Verbeek adviseert: “Als jij een theorie wilt verkondigen die al bestaat, giet er dan je eigen sausje overheen, maak het van jezelf met eigen bewoordingen. Oftewel: maak het persoonlijk en voeg er je eigen ideeën en gedachten aan toe. Zijn de vragen zo plat dat er niks anders van te maken is? Dan hoef je daar niet ingewikkeld omheen te werken. Dat is hoe het in de praktijk meestal gaat.”
Wat mag wel?
- Recht doen aan het oorspronkelijke werk.(Dit mag niet alleen, het moet ook.)
- De theorie van een ander ‘met een eigen sausje opdienen’: deze anders uitwerken en zo vormgeven dat er een eigen zelfstandig werk ontstaat.
Wat mag niet?
- De vormgegeven theorie overnemen zodanig dat jouw ‘werk’ te veel lijkt op dat van de ander.
6. Ik heb mijn best gedaan om alles rondom het auteursrecht goed te regelen. Toch ben ik niet 100% zeker van mijn zaak. Wat nu?
“Ook al mag iets puur formeel niet, de pakkans bij het schenden van auteursrecht is niet groot”, weet Verbeek uit ervaring. “De kans dat je flink moet betalen is redelijk klein. Soms – bijvoorbeeld bij een vertaalde bundel – is het ook bijna niet te doen om alle oorspronkelijke auteurs en vertalers te achterhalen.” Het is dan handig om een disclaimer op te nemen, met als strekking: ‘Ik heb er alles aan gedaan om de juiste bronnen te achterhalen. Mocht je menen rechten te hebben op stukken die ik heb gepubliceerd, neem dan contact met me op, dan regelen we het alsnog.’ Ook in andere gevallen is zo’n disclaimer een aanrader. Zo werken de meeste uitgevers.
Een tip om de kans dat het goed gaat zo groot mogelijk te maken: houd tijdens het schrijven al bij waar je alle informatie vandaan haalt. Combineer bij voorkeur verschillende bronnen met elkaar. Zo voorkom je dat je het auteursrecht van een collega-schrijver schendt en kun je altijd aantonen: die bronnen bestonden al, dus ik heb nieuw werk gecreëerd.
Wat mag wel?
- Een disclaimer opnemen in je boek.
Wat mag niet?
- Opzettelijk bronnen onvermeld laten.
7. In mijn boek presenteer ik een stappenmethode. Elke stap is gebaseerd op het gedachtegoed van één specifieke wetenschapper. Is dat oké?
Gebruik je het gedachtegoed van anderen als bouwstenen van een eigen theorie, dan is er geen probleem. Ideeën zijn namelijk vrij en je hebt dan gewoon een nieuw werk gecreëerd. Anders wordt het als je hele delen een-op-een overneemt uit oorspronkelijk werk van die auteurs. Dan zeggen die misschien: dit is vrijwel identiek aan wat ik heb geschreven. Volgens Verbeek gebeurt dit in de praktijk bijna nooit, omdat eigenlijk iedere schrijver zijn eigen woorden kiest. Voortbouwen op wat er al bestaat, is in de wetenschap heel normaal.
Wat mag wel?
- De theorie van een ander in jouw woorden omschrijven en aanvullen met je eigen ideeën, uitleg en uitwerking, al dan niet met cases uit je eigen praktijk.
Wat mag niet?
- Zonder bronvermelding de theorie van een ander noemen in je eigen verhaal.
8. Ik wil een bundel samenstellen met als thema ‘vijftig wetenschappers over onderwerp X’, zonder daar echt een eigen visie aan te koppelen. Mag dat?
Neem je de letterlijke teksten over, dan stel je een verzamelwerk samen. In dat geval heb je voor ieder afzonderlijk artikel toestemming nodig om het te publiceren. Leg je de theorieën naast elkaar en omschrijf je die in eigen woorden, dan is er auteursrecht-technisch niet zoveel aan de hand. Wel loop je het risico dat zo’n wetenschapper het niet eens is met hoe je zijn theorie hebt samengevat. Dan kun je alsnog gedoe krijgen. Reken daar ook op als je zonder toestemming foto’s van de wetenschappers in je boek opneemt (tenzij het auteursrecht is verjaard of het een relevant citaat betreft, maar daar is niet snel sprake van).
Geef je een eigen visie op bestaande theorieën, dan is er sprake van een nieuw gecreëerd eigen werk dat auteursrechtelijk is beschermd.
Wat mag wel?
- Met bronvermelding de theorieën van anderen in je eigen woorden omschrijven en daar je mening over geven.
Wat mag niet?
- Zonder toestemming foto’s van de wetenschappers in je boek opnemen, tenzij het gaat om een relevant citaat en je de bron vermeldt.
9. Mag ik een model van iemand anders overnemen?
Het gedachtegoed en de ideeën van een ander gebruiken mag, het werk van die ander een-op-een overnemen mag niet. Dus gebruik je het model van een ander, geef het dan vorm in een eigen stijl. Het wordt wel oppassen als je er een bronvermelding bij zet. Neem de piramide van Maslow (waarbij we aannemen dat dit een auteursrechtelijk beschermd werk is). Is die in jouw werk nog als zodanig herkenbaar, met een vrijwel identieke vorm, dan kan een rechter zeggen: de aanpassing in de opmaak is (slechts) een verminking van het originele werk. Of het oké is het model over te nemen, hangt ook af van het doel. Schrijf je in je boek over het vijfkrachtenmodel van Porter, dan mag je dat model erbij plaatsen als illustratie. Maar gebruik je onderdelen van dat gedachtegoed voor een eigen theorie, dan is het handiger daarvoor niet hetzelfde model te gebruiken. Dan loop je namelijk ook het risico dat er gezegd wordt: je gebruikt voor het promoten van je eigen theorie een auteursrechtelijk beschermd werk, wat onrechtmatig is en bovendien in strijd met het auteursrecht dat op dat werk rust.
Op internet worden overigens volop modellen en tabellen van anderen hergebruikt. Maar let op: dat iedereen iets doet, betekent nog niet dat het mag. Verbeek: “Bij inbreuk op het auteursrecht is ‘iedereen gebruikt het’ geen geldig argument. Tenzij de auteur al minstens zeventig jaar dood is, want dan geldt het auteursrecht niet meer.”
Wat mag wel?
- Een model letterlijk overnemen als citaat, als je het model ook in de tekst bespreekt.
Wat mag niet?
- Een model als versiering of lokkertje gebruiken. Er moet een reële, functionele band zijn.
- Een model overnemen maar daarbij zoveel aanpassingen doen dat het als een verminking wordt gezien.
10. Waar in het boek vermeld ik het best de bronnen? In de tekst zelf, in de literatuurlijst of nog ergens anders?
Waar je je bronnen vermeldt, maakt niet zo heel veel uit. Het gaat er vooral om dát je ze vermeldt. Met voetnoten werken is een optie, maar het nadeel hiervan is dat ze al snel de flow uit een tekst halen. Een lezervriendelijke optie is achter in je boek per hoofdstuk vermelden uit welke werken je inspiratie hebt gehaald en hebt geciteerd. Is in de tekst zelf niet duidelijk te zien wat uit welke bron komt? Geen probleem, zolang het maar eigen teksten zijn geworden. Bij letterlijke citaten of als er grote overeenkomst is met de bron, dan volstaat zo’n algemene opsomming niet. Dan moet je de link wel duidelijk leggen.
Wat mag wel?
- In een algemene literatuurlijst achter in je boek je bronnen opsommen.
Wat mag niet?
- Citaten opnemen zonder duidelijke bronvermelding.
11. Is een opsomming auteursrechtelijk beschermd?
Of voor een opsomming auteursrecht geldt, hangt af van hoe origineel die is. Vind je een interessante lijst met tien oorzaken van ziekteverzuim en wil je die graag zonder bron in je boek noemen? Dat kan, zolang je de informatie ook via andere bronnen had kunnen achterhalen en eigen woorden gebruikt. Bij voorkeur zet je de delen van de opsomming in een volgorde die afwijkt van het origineel. Heeft de lijst die je vond een echt oorspronkelijk karakter en getuigt die van grote creativiteit? Vermeld dan zeker de bron.
Wat mag wel?
- Een bestaande opsomming in eigen woorden weergeven, mits je de informatie ook uit andere bronnen had kunnen halen.
Wat mag niet?
- De creatieve uitwerking van een ander kopiëren.
12. Mag ik in de titel van mijn boek de theorie van een ander verwerken?
Als de titel (of ondertitel) beschrijft wat het boek doet, dan is dat qua auteursrecht in principe oké. Denk aan Een nieuwe kijk op de evolutietheorie van Darwin of De piramide van Maslow toegepast op de kinderopvang. Problemen kunnen wel ontstaan als je een boektitel gebruikt die als zelfstandig auteursrechtelijk beschermd werk wordt gezien of als merk is geregistreerd. In dit laatste geval krijg je een heel andere discussie. Je mag in de Benelux namelijk niet zomaar aanhaken bij en profiteren van de merkbekendheid van anderen.
Wat mag wel?
- De theorie van een ander functioneel gebruiken in je boektitel.
Wat mag niet?
- Een titel die als merk is geregistreerd gebruiken voor eigen gewin.
- Een titel overnemen die zo origineel is dat het om een zelfstandig auteursrechtelijk beschermd werk gaat.
13. Kan ik mijn boektitel auteursrechtelijk beschermen?
Auteursrecht ontstaat automatisch bij het creëren van een oorspronkelijk werk. Dus heb je een echt originele boektitel gekozen, dan is die op zichzelf al auteursrechtelijk beschermd. Waar je dan wel op moet letten, is dat je kunt aantonen dat je deze op datum X hebt bedacht. Dat kan met een eenvoudige mail of bijvoorbeeld door jezelf een aangetekende brief te sturen en die vervolgens niet open te maken. Daarnaast kun je overwegen de titel als merk te registreren. Hiermee sta je wat sterker als iemand je boektitel overneemt, maar het geeft geen garanties. Er kan bijvoorbeeld discussie ontstaan of het merkrecht überhaupt van toepassing is in jouw situatie.
Overigens zijn er maar weinig zinnen die zo origineel en uniek zijn, of zo’n persoonlijk stempel dragen dat ze echt een zelfstandig auteursrechtelijk beschermd werk zijn. Jammer misschien als je je eigen werk wilt beschermen, maar wel zo prettig als je een boektitel hebt bedacht die veel lijkt op (of zelfs helemaal hetzelfde is als) de titel van een al bestaand boek.
Wat kan wel?
- Je boektitel als merk registreren (en hopen dat dit enige bescherming biedt).
Wat kan niet?
- Een heel algemene zin als boektitel gebruiken en dan het auteursrecht claimen.
14. Ik ben bang dat een uitgever aan de haal gaat met mijn tekst.
Zolang je goed kunt aantonen dat jij op datum X tekst Y aan de uitgever hebt gezonden, is ieder gebruik van deze tekst door de uitgever zonder toestemming van jou, in strijd met het auteursrecht. Daarnaast kun je met de uitgever (vooraf) contractueel afspreken dat het gebruik van je teksten (werk) alleen is toegestaan met medeweten en na toestemming van jou als schrijver van het werk. Gaat de uitgever toch nog aan de haal met je tekst – iets wat wij in de praktijk nog niet hebben meegemaakt – dan kan met een beroep op bovenstaande verder gebruik worden verboden.
Wat doe je wel?
- Zorgen dat je kunt aantonen dat jij op datum X tekst Y aan de uitgever hebt verzonden.
Wat doe je niet?
- Je al te veel zorgen maken over misbruik. Dit komt in de praktijk niet vaak voor.
15. Hoe voorkom ik dat ik een claim aan mijn broek krijg?
Auteursrecht-gerelateerde claims komen niet vaak voor. Simpelweg omdat de kosten van een procesgang zelden opwegen tegen de winst die te behalen is. Volg je de adviezen in deze blog op, dan ben je al een heel eind in het voorkomen van gedoe. Verder is het verstandig om vanaf de eerste minuut dat je iets op ‘papier’ zet, te zorgen dat je kunt terughalen waar je de informatie vandaan hebt. Houd een digitaal dagboek bij met versies en varianten. Krijg je onverhoopt toch ooit een claim aan je broek, dan help je je advocaat enorm met zo’n trackrecord.
Wat doe je wel?
- Een overzicht bijhouden van bronnen en tekstversies.
Wat doe je niet?
- Plagiaat plegen.
***
Voorkomen is beter dan genezen
Tot zover onze vijftien vragen en antwoorden over het auteursrecht. Graag sluiten we af met een tip van Verbeek: “Schakel die advocaat niet pas in als je problemen hebt, maar juist preventief. Je zaakjes goed regelen voorkomt een hoop gedoe.” Aan dit laatste draagt deze blog hopelijk alvast bij.
Door: Janneke Sinot
Over Sander Verbeek
Sander Verbeek is advocaat en partner bij Good Law B.V. in Ouderkerk aan de Amstel. Dit advocatenkantoor is gespecialiseerd in intellectueeleigendomsrecht (ook over de grens). Denk hierbij onder andere aan auteursrecht, merken- en modellenrecht, reclamerecht en ICT-recht. Heb je een ingewikkelde samenwerking met een uitgeverij op het oog? Neem dan gerust contact met hem op. Voorkomen is altijd beter dan genezen.