Zo breng je structuur aan in je boek
Herken je dit? Je weet al voor wie je gaat schrijven en ook al wat het onderwerp van je boek is. Maar dan. Hoe deel je je boek in en bepaal je wat je wel gaat vertellen en wat niet?Dit is typisch een probleem waar veel non-fictieauteurs mee worstelen. Het is cruciaal om dit als eerste op te lossen, zelfs nog voor je begint met schrijven.In deze blog laat ik zien dat vooraf een goede structuur bedenken, het schrijven van je boek een stuk makkelijker maakt. Als voorbeeld neem ik een van onze eigen boeken: Genieten met je baby.
Wanneer uitgeverij Terra ons in 2010 vraagt een boek te schrijven over leuke dingen die je met baby’s kunt doen, overvalt ons dat een beetje. We zijn beroepsmatig niet met jonge kinderen bezig en onze jongste dochter zit al op de middelbare school. Kunnen ze niet beter iemand anders nemen? We spreken af om een opzet voor het boek te maken en dat voor te leggen aan de uitgever.
Brainstormen
Het boek is bedoeld voor (groot)ouders. Het moet vol komen te staan met ideeën om leuke dingen met je (klein)kind te doen. De leeftijd is een lastig puntje. Het is de bedoeling dat we van alles verzinnen voor baby’s van nul tot achttien maanden. Dat scheelt nogal.Ik graaf in mijn geheugen en gebruik Google ter inspiratie. Dat levert allerlei activiteiten op, die ik vervolgens rangschik in zes hoofdcategorieën.
- Knuffelactiviteiten voor de allerjongsten
- Muzikale spelletjes
- Dingen die je thuis kunt doen
- Uitstapjes dichtbij en met een klein budget
- Dagtrips die een wat ruimer budget vragen
- Op vakantie
TIP: Schrijf je ideeën en onderwerpen op een groot vel papier. Gebruik daarvoor verschillende kleuren stiften (met Post-its werken kan ook) en hang het vel op een prominente plaats op. Werk je liever digitaal? Er bestaan allerlei handige apps die je helpen bij het mindmappen.
Rangschikken
Dan volgt fase twee. Alle activiteiten die bij het brainstormen naar voren gekomen zijn, schrijf ik op onder een van de hoofdcategorieën.
- Knuffelactiviteiten voor de allerjongsten- massage- yoga- zwemmen- pilates
- Muzikale spelletjes- zingen- dansen- muziek maken
- Dingen die je thuis kunt doen- lezen- praten- spelletjes- multimedia
- Uitstapjes dichtbij en met een klein budget- fietsen- het bos- de speeltuin- het strand- de bouwplaats- de stad
- Dagtrips die een wat ruimer budget vragen- binnenspeeltuin- dierentuin- pretparken- uit eten
- Op vakantie- bungalowparken- kamperen- vliegvakanties
Het ziet er heel simpel uit en dat is het uiteindelijk ook. Over sommige onderdelen is zo veel te vertellen dat ik ze gesplitst heb. Zo zijn de spelletjes in hoofdstuk 3 onderverdeeld in vijf leeftijdsgroepen. Ook al is het niet moeilijk, ik raad je aan om de structuur niet in één dag te bedenken, maar er de tijd voor te nemen. Twee tot drie weken is helemaal niet raar. Je zult merken dat je dan tot meer – en betere – inzichten komt. Daarmee is de eerste kwaliteitsslag al gemaakt, nog voordat je met schrijven begonnen bent.
TIP: Een valkuil voor non-fictieschrijvers is dat ze de lezer alles willen vertellen wat ze weten. De vraag is of de lezer daarmee gediend is. Raakt hij de draad niet kwijt als je nog meer context geeft of nog meer voorbeelden uitwerkt? Zorg dus voor een evenwichtig boek waarbij je het doel – jouw boodschap overbrengen – niet uit het oog verliest.
Schrijven
Na het akkoord van de uitgeverij begint het schrijven zelf. Dat betekent specialisten interviewen (zoals een yogalerares die een paar oefeningen voor het boek uitzoekt), informatie opvragen bij bedrijven en uitgeverijen (kinderfaciliteiten bij speeltuinen) en beeldmateriaal verzamelen (covers van leuke voorleesboeken). Het uiteindelijke schrijven is niet meer dan een invuloefening van mijn schema.
Makkelijk, hè? Deze methode werkt heel goed als je nog niet precies voor ogen hebt wat je gaat vertellen of als je allemaal losse onderwerpen gaat behandelen.
Er zijn natuurlijk nog veel meer manieren om het raamwerk van een boek op te zetten. Wil je meer weten? Tijdens de masterclass ‘Zo schrijf je een boek’ gaan we uitgebreid in op de structuur van je boek.
Door: Jan Sinot