Het auteursrecht – businessmodel voor malafide fotobureaus
1500 euro betalen voor het onrechtmatig gebruik van een foto. Die claim viel onlangs bij een bloggende ondernemer in zijn mailbox. Met daarbij de dreiging: binnen tien dagen betalen, anders volgt een gang naar de rechter. Het was het begin van een ontluisterende ontdekking…
Beduusd zit de ondernemer – laten we hem Bob de Blogger noemen – achter zijn bureau. Langzaam dringt de impact van de mail tot hem door. Een telefoontje naar zijn juridisch adviseur maakt het er niet beter op. De boodschap: laat de deadline vooral niet verlopen, want als het tot een rechtszaak komt, betaal je algauw duizenden euro’s meer.
Wat een domper.
Het zit Bob niet lekker. Hoe kan het dat juist hij, die als schrijver van blogs en boeken grote waarde hecht aan het intellectueel eigendomsrecht, zo’n forse claim aan zijn broek krijgt?
De ondernemer besluit op onderzoek uit te gaan. Het is inmiddels zeven jaar geleden dat hij de bewuste foto op zijn blog plaatste. Daarom ook is de claim van het fotobureau zo hoog: ‘misgelopen licentie-inkomsten voor zeven jaar commercieel gebruik’.
Na wat zoeken vindt Bob de oorspronkelijke foto terug. Die werd op Wikipedia aangeboden onder een Creative Commons-licentie. Aha, denkt Bob, ik mocht die foto dus gewoon gebruiken. Alleen had hij er wel de naam van de fotograaf bij moeten vermelden…
Ai, een foutje dus.
Maar moet die vergissing hem 1500 euro kosten? Bob besluit nog wat te googelen en stuit op de website van een ervaringsdeskundige: een dame die weliswaar niet juridisch onderlegd is, maar inmiddels wel aardig thuis is in de wereld van de malafide fotobureaus.
Want dat blijkt er aan de hand: de claim komt van een bureau dat van zogenaamde auteursrechtschending zijn businessmodel heeft gemaakt.
De tactiek?
- Doelbewust foto’s plaatsen op sites waarvan mensen beeld mogen gebruiken.
- Op de eigen site, die speciaal voor dit doel lijkt ingericht, irreëel hoge bedragen vermelden (voor de foto die Bob gebruikte: 900 euro voor een licentie van 12 maanden) zonder de mogelijkheid te bieden de foto aan te kopen.
- Een exorbitant hoge claim neerleggen bij nietsvermoedende, juridisch veelal minder goed onderlegde ondernemers, met een beroep op het auteursrecht.
Er schijnen zelfs advocatenbureaus te zijn die dit ‘lucratieve spelletje’ mee in stand houden.
In het geval van Bob blijkt een vergoeding van 50 euro redelijk. Dertig keer minder dus dan de geëiste 1500 euro! En absurd veel minder dan de 6300 euro die de foto volgens de site van het bureau officieel zou kosten.
Het argument dat het fotobureau gebruikt houdt bovendien geen stand. De dame wijst Bob erop dat in Nederland voor Creative Commons-licenties geldt dat er geen schade is door het mislopen van een licentievergoeding.
Eén goed onderbouwde mail blijkt daarna voldoende om van de buitensporig hoge claim af te komen. Uiteraard biedt Bob wel aan te betalen voor de ontbrekende naamsvermelding. En nog wat extra zelfs, want hij gunt alle fotografen en schrijvers een goede boterham.
__________
Wat kun je als auteur van Bobs verhaal leren?
- Neem het intellectueel eigendomsrecht serieus en check, als je tekst of beeld van een ander wilt gebruiken, zorgvuldig de voorwaarden.
- Krijg je een claim aan je broek? Betaal niet zomaar, check eerst of de claim terecht is en de geëiste vergoeding reëel. Zelfs bij aangekochte foto’s komen onterechte claims voor.
- Zorg dat je altijd kunt terugvinden waar je een beeld vandaan hebt gehaald.
- Wil je als auteur een vergoeding voor de exploitatie van jouw materiaal? Plaats het dan niet met een Creative Commons-licentie in een beeldbank of op bijvoorbeeld Wikipedia.
Door: Janneke Sinot