Herschrijven van je manuscript – een zegen voor je boek!
Het is soms schrikken voor een auteur. Als wij in onze QuickScan (een snelle beoordeling van een boek in wording) concluderen dat een flinke herziening van de tekst nodig is. Maar in de praktijk blijkt keer op keer: na een flinke herschrijfronde ontstaan er opeens pareltjes van boeken. Schrijvers zien het verschil en geven toe: “Het klopt nu eindelijk, dit had mijn boek nodig.”
Krijg jij van je meelezers of redacteur te horen dat er nog heel wat te verbeteren valt? Wees ze dan dankbaar, want herschrijven is een zegen voor je boek! In deze blog drie veelvoorkomende problemen en hoe je die in de herschrijfronde effectief aanpakt.
1. Algemene opbouw en structuur
Probleem: De kern ontbreekt in het boek. Er is geen duidelijke rode draad, de tekst gaat inhoudelijk alle kanten uit en de lezer raakt de weg kwijt. De belangrijkste kritiek: “Wat wil jij mij als schrijver nu duidelijk maken?”
Oplossing: Kijk nog eens kritisch naar de opbouw en structuur van je boek. Maak op basis van de kritiek en opmerkingen een nieuwe opzet. Dat lukt het beste als je dat wat je al geschreven hebt eerst helemaal loslaat. Begin blanco en bedenk een alternatieve opzet voor jouw verbeterde versie. Wat wordt de kern van jouw verhaal? Wat wordt de insteek of de rode draad? Wat is dan essentieel om te vertellen? Kijk welke hoofdstukken je redacteur of proeflezers waarderen en welke niet? Waar is nog aanvulling nodig? Wat moet je verder uitwerken en wat laat je beter weg? Moet het praktischer? Of vraagt het boek juist om meer diepgang? Of meer voorbeelden?
Vind je het lastig, schakel dan hulp in! Vraag iemand met een frisse blik om mee te denken, of roep de hulp in van een schrijfcoach.
Heb je de nieuwe opzet zo ongeveer voor ogen, pak dan je manuscript er weer bij. Welke hoofdstukken kun je – in aangepaste vorm – in je nieuwe opzet gebruiken? Welke vallen buiten de boot? Waar vallen nog gaten en is extra tekst nodig?
2. Hoofdstukopbouw
Probleem: De hoofdstukken hebben geen lijn. Het lijkt alsof de schrijver de tekst in bijna willekeurige volgorde presenteert, zonder duidelijk systeem.
Oplossing: Een hoofdstuk heeft een duidelijke kop en staart. Het vormt een afgebakend geheel met één hoofdthema, eventueel onderverdeeld in subthema’s of stappen: de paragrafen. Een logische opbouw van een hoofdstuk is bijvoorbeeld: hoofdstuknummer, titel, intro of inleiding, stapsgewijze uitleg per paragraaf (meestal ongenummerd) , aangevuld met kaderteksten en soms ook beeldmateriaal.
Schrijf voor jezelf op wat het doel is van elk hoofdstuk en hoe jij dat stap voor stap wilt uitleggen. De stappen kun je direct vertalen naar paragrafen. Het doel kun je bijvoorbeeld weergeven in een introtekst, want lezers vinden het prettig om te weten wat ze te wachten staat.
Pak dan je oude hoofdstukteksten er weer bij. Kijk welke passages bruikbaar zijn in de nieuwe opzet en welke niet meer bij het hoofdstuk passen. Sommige tekstdelen zijn mogelijk nog als kadertekst te gebruiken. Zo vertel je de extra’s zonder dat het de rode draad van het hoofdstuk aantast.
3. Alineaopbouw
Probleem: Je tekst mist structuur door een verkeerde alineaopbouw. Alinea’s zijn bijvoorbeeld veel te lang of veel te kort, of de kern ontbreekt erin.
Oplossing: Een alinea heeft een kernzin en nog een aantal zinnen die deze kernzin uitleggen of toelichten. Zo’n kernzin staat meestal aan het begin, of juist aan het eind van een alinea. Kijk kritisch naar jouw alinea-indeling. Wat wil je in de passage zeggen of uitleggen? En waar gaat het bij jou mis? Bij het herlezen van je teksten herken je zo veel sneller de rommelige opbouw.
Tot slot
Het herschrijven van een manuscript is een flinke klus. Het is tijdrovend en vraagt nogal wat van je analytische vermogen. Het is daarom een goed idee hier professionele hulp bij in te schakelen. Een schrijfcoach die jou daarin begeleidt, of een redacteur die je de hele klus uit handen neemt en je manuscript omtovert in een lekker leesbaar boek.
Door: Suzanna van der Laan